donderdag 12 mei 2016

Zijn vrouwen in Nederlandstalige romans werkelijk vooral prostituee? (Knack)

Wie bevolken de Nederlandstalige romans? Vormen deze personages een getrouwe afspiegeling van onze samenleving? Om dat te onderzoeken heeft de Universiteit Utrecht een personagebank opgezet. Uw medewerking aan de literaire volkstelling wordt nadrukkelijk gevraagd.

Een vrouw met een baan? Dan zal ze wel prostituee zijn. En anders is ze een huisvrouw, nietwaar? Dat blijkt in ieder geval uit een analyse van alle romans die werden ingestuurd voor de Libris Literatuurprijs 2013. Na scholier en student waren de meeste vrouwelijke personages prostituee (18 van de 503) – gevolgd door huisvrouw, verpleegkundige, lerares, werkloze, journalist en secretaresse. Bij mannelijke personages zijn, na student en scholier, de meesten ondernemer (27 van de 670), leraar, dokter, journalist, schrijver en wetenschapper. Die beroepen hebben een duidelijk andere status.
‘Ik vond dat schokkend’, zegt masterstudent Lucas van der Deijl die deze studie samen met medestudenten Marion Prinse, Roel Smeets en universitair docent Saskia Pieterse van de Universiteit Utrecht uitvoerde. ‘Blijkbaar hebben schrijvers een nogal krom vrouwbeeld. Als mannelijke auteurs, die oververtegenwoordigd zijn bij alle Libris-inzendingen, over een vrouw schrijven, trekken ze makkelijk het poppetje prostituee uit de kast. Ook typisch vind ik de verdeling mannen als dokters en vrouwen als verpleegkundigen. Ik weet er weinig van, maar volgens mij zijn de verhoudingen in ziekenhuizen inmiddels aan het verschuiven.’
Maar wat als tussen de geselecteerde boeken toevallig een historische roman zit waarin de schrijvers het vrouwbeeld aan het einde van de negentiende eeuw – toen vrouwen alleen hoer of huisvrouw kónden zijn – bekritiseert? En een satire over snuivende en hoererende politici? Dat zou het een stuk moeilijker maken om te concluderen dat schrijvers ‘een conservatief volkje is dat achter loopt op de ontwikkelingen van de samenleving’, zoals Van der Deijl zegt. Uiteindelijk bedraagt het aantal inzendingen voor de Librislijst niet meer dan 170 literaire romans. Het is een klein schepje uit een oceaan aan leverbare fictie.
Van der Deijl c.s. zijn zich bewust van de beperkingen van een kleine dataset. Daarom hebben de jonge wetenschappers uit Utrecht vorige maand een personagebank (1) gelanceerd waarin het publiek wordt gevraagd de kenmerken van fictieve hoofd- en nevenpersonages te noteren: geslacht, leeftijd, opleidingsniveau, beroep, woonplaats, herkomst. Als er op die manier tienduizenden figuren uit Nederlandstalige romans zijn geteld, kun je werkelijk zeggen: Nederlandstalige auteurs zien vrouwen als hoer of huisvrouw. Of juist niet natuurlijk. ‘Zonder de hulp van vele lezers kun je zo’n databank onmogelijk vullen.’
De personagebank ging van start met karakters uit 100 romans uit het Libris-onderzoek. Drie weken later is hij gegroeid naar 154 romans, goed voor in totaal 739 personages. Dat klinkt weinig, maar Van der Deijl is ‘blij verrast’. Hij had de aanwas veel lager ingeschat. ‘Ik ben van plan de databank een jaar te laten lopen. Ik hoop er ook op te promoveren, al heb ik nog geen plek gevonden. Stel dat er een jaar lang elke dag vier, vijf romans bij komen. Dan kom je ruim boven de duizend uit. Maar het kan ook best dat het na een half jaar stilvalt. De personagebank is een experiment.’
Het valt de onderzoeker daarbij op dat de voorlopige conclusies, die in realtime worden bijgewerkt, ongeveer gelijk zijn aan het eerste onderzoek (binnenkort te lezen in Journal of Dutch Literature). Niet alleen voor de beroepen van vrouwelijk personages – al ligt huisvrouw nu voor op prostituee. Mannen schrijven vaker over mannen (62%) dan vrouwen over vrouwen (54%). Mannelijke personages zijn gemiddeld ouder dan vrouwelijke. Mannelijke personages zijn ook vaker hoogopgeleid dan vrouwelijke. En romanfiguren wonen in meerderheid in de stad.
Als er ooit honderdduizenden personages zijn beschreven wordt ook ander onderzoek mogelijk. Bijvoorbeeld: wat zijn de verschillen tussen personages in thrillers, streekromans en literaire romans? Hoe hebben personage zich sinds 1945 ontwikkeld? En wat zijn de verschillen tussen Nederland en Vlaanderen. ‘Het zou mooi zijn als meer mensen uit Vlaanderen mee doen. Tot nu toe staan nog weinig Vlaamse romans in de databank. De Vlaamse media hebben er nog weinig aandacht aan besteed. Eigenlijk willen we ook een Vlaamse universiteit als partner hierin.’
Volgens Van der Deijl is dit allemaal relevante kennis. ‘Er is al langer een discussie in de literaire wereld over de vraag waarom de literatuur geen afspiegeling is van de samenleving. Critici, uitgevers en juryleden zijn over het algemeen blanke mannen. Dat zie je terug in wat wordt uitgegeven, de winnaars van grote prijzen of wie het Boekenweekgeschenk mag schrijven. Vrouwen lijken minder aan bod te komen. Hetzelfde geldt voor schrijvers met een niet-westerse achtergrond. De literaire wereld lijkt voor hen gesloten. Onze gegevens kunnen laten zien of dat werkelijk zo is.’
Daarmee wil Van der Deijl geen positie innemen in de discussie. ‘Wat uitgevers en schrijvers ermee willen doen, is niet aan ons. Wij voelen wel een onderhuidse onvrede over de vooroordelen die de literaire wereld beheersen, maar we willen geen diversiteitsquota voor de literatuur vaststellen. We hopen er hoogstens aan bij te dragen dat uitgevers, juryleden en recensenten zich bewust worden dat ze ook vanuit hun eigen achtergrond keuzes maken en vervolgens geïnteresseerder zijn in andere personages dan alleen de hoogopgeleide, blanke man. De literatuur heeft meer te bieden.’
En wie weet kan de personagebank nog meer betekenen. Uitgevers zouden aan de hand van omissies kunnen zien waar een gat in de markt is. Zijn er geen romans over bejaarde West-Vlamingen? Misschien moet een slechtverkopende fondsauteur zich daar dan eens aan wagen. Ook kan de personagebank leesbevorderend werken. De schrijvers Alex Boogers klaagde onlangs in een schotschrift dat jongeren uit arbeiders- en achterstandswijken, zoals hij zelf, nooit lezen omdat er geen boeken over hen bestaan. Met een zoekopdracht in de databank zou je die wél kunnen vinden.
Maar voor zulke mogelijkheden werkelijkheid worden moet de groei van de personagebank wel vleugels krijgen. Dus als iedereen dit artikel leest de moeite wil nemen om karakters uit één roman toe te voegen: graag. 
(Eerder gepubliceerd op Knack.be, 7 mei)

Geen opmerkingen: