dinsdag 1 oktober 2013

Walter van den Berg, 'Van dode mannen win je niet' (BOEK)


Nooit van Walter van den Berg gehoord? En toch geprikkeld om Van dode mannen win je niet te lezen? Geef hem dan een eerlijke kans. Wie een paar zinnen leest, om zijn proza te proeven, valt het op hoe eenvoudig zijn idioom is en stoort zich aan de vele herhalingen: op pagina 6 staat drie keer in vier regels ‘weer’. Van den Berg moet het hebben van de bedwelmende kracht van zijn stijl. Die voel je alleen als je je erin onderdompelt.
Ook in zijn derde roman zuigt de verteller je genadeloos zijn hoofd binnen. Hij introduceert zich als een harde, maar geschikte kerel. Type: grote mond, klein hartje. Hij houdt zich aan zijn beloftes en zijn principes. Als hij moet rijden, drinkt hij dus niet meer dan twee biertjes. Maar al gauw blijkt zijn rechtlijnigheid een schaduwkant te hebben. Wie twijfelt aan zijn oprechtheid, ontdekt zijn gewelddadige inborst.
Zo is Van dode mannen win je niet een geslaagd portret van een typische bikkel uit de Amsterdamse onderklasse. Een houwdegen die leeft van onduidelijke handeltjes, geen vast woonadres heeft en weet wanneer hij zijn charmes moet inzetten. Het is daarom des te spijtiger dat structuur en plot van deze roman slecht uit de verf komen. Daar heeft Van den Berg zijn mogelijkheden als schrijver duidelijk te hoog ingeschat.
Van dode mannen win je niet is opgezet als een lange biecht aan Wesley, het zoontje van zijn ex Dimphy. Vanuit dat perspectief zijn veel uitweidingen niet te begrijpen. Wat moet die jongen met al die verhalen over Trudy? Ook slaagt Van den Berg er matig in om de spanning in de relatie tussen Dimphy en de verteller op te voeren. Op een gegeven moment is ze simpelweg zo bang dat ze op de vlucht slaat. Jammer.

Walter van den BergVan dode mannen win je niet (206 p.) – De Bezige Bij, € 18,50
(Eerder gepubliceerd in BOEK 5, 2013)

Zie ook:

Geen opmerkingen: