woensdag 5 december 2012

De nieuwe winkel van Het Paard van Troje (Gent) op de Kouter (Boekblad)


Het Paard van Troje heeft in Gent een nieuwe start gemaakt. Eigenaars Bart van Aken en Annelies Joos zijn erin geslaagd het concept van een hoogwaardige literaire boekhandel te vervolmaken. Op enkele details na. ‘Alles in de winkel moet een eigen verhaal hebben.’

Als het zo doorgaat, zijn alle schulden in januari weggepoetst

Op het herentoilet van boekhandel Het Paard van Troje in Gent hangen originele prenten van de Jan De Maesschalck. Ingetogen, fantasierijke cartoons over boeken zijn het die lang geleden in De Morgen stonden – niet om te lachen, maar om  te prikkelen. Als je staat te plassen kijk je recht tegen de pikantste tekeningen aan: een naakte vrouw die, met haar benen iets uit elkaar, in bad ligt te lezen in een boek over de scabreuze, negentiende eeuwse kunstenaar Felicien Rops.
‘En heb je ook het damestoilet gezien?’ zegt eigenaar Bart van Aken. ‘Daar staan oude almanakken van Snoecks. Het is bedoeld als extra impuls. Als je brein wordt geprikkeld en je met een glimlach terug de winkel in komt, loop je rond met goesting om te kopen. Zo werkt dat bij mij: als ik blij ben in een winkel, koop ik dingen. Die prenten heb ik trouwens gekregen van een klant. Nou ja, in ruil voor 400 euro aan boeken, maar die prenten zijn wel meer waard.’

Het Paard van Troje is sinds februari gevestigd op de chique Kouter, vlakbij de Opera en de Handelsbeurs – de belangrijkste podia van de stad. Hier zijn Van Aken en zijn echtgenote Annelies Joos opnieuw begonnen nadat het mini-imperium  met winkels in Gent en Leuven en een outletstore in Antwerpen door foute beslissingen, gebrek aan managment en teveel personeel bijna ten onder ging. Noodgedwongen moest hij zijn medevennoot en personeel ontslaan. Toen hij eindelijk nieuwe fondsen had aangeboord, wilden zij niet meer voor hem werken.
‘Omdat we wilden verkleinen,’ vertelt Van Aken, ‘belden we de eigenaresse van een leegstand casco van tachtig vierkante meter. Een Belgische dame in Parijs die haar hele leven in de bibliotheek had gewerkt. Toen bleek de horecagelegenheid ernaast dat ook van haar was, problemen te hebben. Een maand later ging die op de fles. Toen hebben we toch onderhandeld over de mogelijkheden om beide panden samen te voegen en is het juist een grotere winkel geworden. Vierhonderd vierkante meter bijna.’
De gehele inrichting heeft Van Aken zelf gedaan – met hulp van familie en vrienden die in zijn toekomst als boekverkoper bleven geloven. En met zijn eerste nieuwe personeelslid die hij via Facebook vond op grond van zijn bereidheid om te helpen slopen. De hele kroeg is gestript: alle valse wanden en verlaagde plafonds moesten eruit. Acht containers afval werd afgevoerd. . Waarna Van Aken & friends zelf de zwarte stenen vloeren legden, elektra aanlegden, de blanke houten boekenkasten timmerden enzovoort.
‘Voor de hele verbouwing had ik een lening nodig van 60.000 euro,’ lacht Van Aken tevreden. ‘Dat is waanzinnig, zo weinig. We hebben ook veel meegenomen uit de oude winkel: de lampen van Arne Quinze, maar ook de boekenkasten. Die heb ik helemaal opnieuw bedacht en gemaakt. Alleen het stukwerk hebben we laten doen. En natuurlijk het doorbreken van de muur. Er staan acht verdiepingen appartementen op, dat risico neem ik niet. Het kostte 10.000 euro, het duurste deel van de verbouwing.’

Het eindresultaat is een elegante, lichte winkel die bestaat uit twee gedeeltes. In het grootste pand zit voorin het horecagedeelte – 21 zitplaatsen, los van het terras buiten. Pas na een meter of vijf, nadat je rechts een cd-wand hebt gepasseerd kom je in het boekhandelsgedeelte. Aan de ene kant is het grote kassameubel, aan de andere kant de doorgang naar het kleine pand, waar uitsluitend literatuur staat: Nederlandstalige en Engelstalige fictie, poëzie en boeken over boeken.
Als je door naar achteren loopt – al was het maar omdat je naar de wc moet – stuit je eerst op diverse rubrieken non-fictie: koken, muziek, filosofie, geschiedenis, klassieken. Maar de helft van dit deel is gewijd aan kinderboeken, met nadruk op prentenboeken. Hier is het licht dankzij een raam in het plafond, maar vooral in de grote achterwand. Dit biedt een uitzicht op wat ooit een doorgang naar een garage in de kelder moet zijn geweest, maar nu is overwoekerd door groen. Heel pittoresk.
Bij de inrichting heeft Van Aken goed geluisterd naar de voornaamste kritiek op zijn vorige winkel. Dat hij zo vol stond dat het de grot van Ali Baba leek, zoals De Standaard schreef: nu hebben de boeken meer lucht gekregen en staan veel meer titels frontaal gepresenteerd. En dat de kasten van 3,40 meter te hoog waren. Niemand beklom toch de fraaie stalen trappen die erbij stond. Ook is het kassameubel opgerekt naar 3,5 meter omdat de titels die daarop lagen, altijd zo goed liepen.

Het grootste nadeel van Het Paard van Troje is de voorkant. Wie op de Kouter loopt, heeft geen idee dat hier een boekhandel zit. Je ziet een terras en daarachter, achter het raam, nog meer mensen zitten. De boeken die in de etalage aan draadjes hangen, vallen niet op. En de eveneens geheel uit glas bestaande pui van het kleine pand is te donker. Je moet echt kijken om te zien dat daar boeken liggen. En dat terwijl aan de overkant van het tramspoor de veel grotere Standaard Boekhandel zit.
Toch maakt Van Aken zich hier niet druk om. Hij wil juist koffiedrinkers en soepeters in de etalage. ‘Volk trekt volk, zeggen we in Vlaanderen. Mensen zien lokt mensen.’ En hij mikt toch niet op de impulskoper die snel een cadeautje zoeken of even de laatste megaseller willen meepikken. Het Paard van Troje moet het hebben van bewuste kopers, met een serieuze, diepgaande belangstelling in het boek. Klanten ook die een eigenzinnige boekhandel willen in plaats van een formulewinkel.

Voor deze groep klanten moet de onafhankelijke boekhandel perfect zijn. Van Aken heeft daarom niet bezuinigd op kwaliteit. Dat zie je het best aan de lampen: dure led-lampen à 80 euro per stuk, waarvan er gelijkmatig verspreid over het plafond van het grote pand steeds twee bij elkaar in een witte omkadering zitten. Door het lage stroomgebruik heeft hij de aankoop er in een jaar weer uit. En omdat hij de eerste klant hiervoor was, helpt de fabrikant hem bij het zoeken naar de goede afstelling.
‘De consument is heel gevoelig voor voor duurzaamheid,’ zegt Van Aken. ‘En met die ontwikkeling moet je gewoon mee als winkel. Alle verf is dus ook watergedragen. En we stoppen binnenkort met het meegeven van – plastic – zakjes. Daar is draagvlak voor onder de klanten. Ook deden we vanaf het begin mee aan “donderdag veggiedag”, wat heel groot is geworden in België en dat is ontstaan in Gent. Inmiddels serveren we zelfs drie, vier dagen in de week alleen vegetarisch.’
Bij dit concept paste ook niet dat Van Aken traditionele, grote merken op de kaart zet. ‘Merken als Duvel en Carlsberg bieden geld om hun bier te verkopen. Maar alle horeca aan de Kouter schenken Duvel. Ik heb daarom Omer van Bockor, ook al scheelt dat meer dan 10.000 euro aan inkomsten. En van de biologische broodjes en soepen staat op de kaart waar ze vandaan komen, zodat iedereen weet: de vis komt van de beste vishandel van Gent. Alles in de winkel moet ook een eigen verhaal hebben.’

In het assortiment heeft Van Aken even radicale keuzes gemaakt. Radicaler nog zelfs dan in zijn eerste winkel. Reisgidsen, esoterie en kunst gingen eruit. ‘Voor rubrieken die ik niet heb, verwijs ik liever door. Ook naar Standaard Boekhandel. Klanten zijn daar alleen maar blij mee. Ze zien dat je geen kruideniersmentaliteit hebt.’ In plaats daarvan werd literatuur en filosofie nog dieper. ‘En de twee commerciële rubrieken: prentenboeken en culinair.’
Die diepgang is onontkoombaar. De kasten literatuur bevatten veel series compleet als de Perpetua Reeks (Athenaeum-Polak & Van Gennep) en backlist van grote binnen- en buitenlandse auteurs. Ook de kasten poëzie – 1500 tot 1600 titels bij elkaar – en boeken over boeken zijn indrukwekkend. 
De voorraad is de grote kracht van Het Paard van Troje. ‘Maar ook mijn grootste zwakte,’ erkent Van Aken. ‘De omloopsnelheid van veel titels is laag.’ Zoals te zien is aan veel frontaal gepresenteerde boeken, waarvan het omslag open bladert vanwege te lang rechtop staan – ook al is Van Aken in februari met een compleet nieuwe voorraad begonnen. ‘Ik moet voortdurend zorgen voor een balans. Voor voldoende titels die wel hard gaan. Geregeld maken we ook zelf bestsellers zoals Peter Buwalda, waarvan wij al giga hadden verkocht voor Standaard Boekhandel hem had.’

Helemaal af is de winkel nog altijd niet. Dat zie je direct aan de twee treden omlaag van het grote pand naar het kleine pand. Maar Van Aken somt meer op: het verven onder de kasten of het aanbrengen van plinten en de logo’s van partners als Bilbo (voor het cd-assortiment) en Sterling Books (voor Engelstalig). Ook de rubrieksaanduidingen kan beter. Die bestaat uit scrabble-letters – dat is te ielig, en bovendien lijkt hij her en der te ontbreken. Zo moet je in de kinderhoek goed zoeken.
Desalniettemin is Van Aken dik tevreden. Gezien de penibele financiële situatie had hij maar een half jaar om zich te bewijzen. En dat is dankzij de mond-tot-mondreclame en free publicity, dankzij veel bezoekende journalisten, ruimschoots gelukt. Hij draait gemiddeld 65.000 euro omzet per maand – zo’n 10.000 euro meer dan destijds in Gent en Leuven samen. ‘De horeca is daarvan zo’n 7 à 8 procent, de cd’s en dvd’s 6 procent. De rest is dus boeken. En omdat we niet leveren aan scholen en bibliotheek: allemaal kassaverkoop. Als het zo doorgaat, hebben we in januari alle schulden weggepoetst.’
(Eerder in bekorte vorm gepubliceerd in Boekblad magazine 15, 2012)

Zie ook:

Geen opmerkingen: